Surinaams Bara Recept: Een Heerlijke Hindoestaanse Snack
Inleiding
Bara is een klassieke Surinaamse snack die inmiddels ook steeds populairder wordt in Nederland. Het gerecht, dat qua uiterlijk lijkt op een donut, is in feite een hartige frituurdeegbol gemaakt van mungbonenmeel en kruiden. Het gerecht heeft zijn oorsprong in India, waar de variante vada wordt gemaakt. Door de Hindoestaanse immigranten is het gerecht meegebracht naar Suriname, waar het een eigen Surinaamse twist heeft gekregen. Deze snack is niet alleen smaakvol, maar ook uniek qua smaak en textuur.
Deze artikel behandelt het Surinaams Bara recept in detail. Er wordt ingegaan op de ingrediënten, de bereidingswijze, enkele tips voor het maken van de snack, en mogelijke varianten of manieren om deze te serveren. Ook wordt er aandacht besteed aan de oorsprong van de snack en aankeer in Nederland. Daarnaast wordt er uitleg gegeven over opslag en bewaring van de snack, zodat iedereen deze smaakvolle Surinaamse specialiteit zowel vers als opnieuw opgewarmd kan genieten.
Oorsprong en Populair Worden in Nederland
De oorsprong van de bara ligt in India. Daar heet de snack vada, een gerecht dat ook vaak wordt gemaakt met aardappelmeel of gemalen kikkererwten. Door Hindoestaanse immigranten is het gerecht meegebracht naar Suriname, waar het een Surinaamse twist heeft gekregen. In Suriname is de snack bekend geworden als een populaire straatvoedingspecialiteit.
Bara's worden gemaakt van gekruid deeg dat wordt gefrituurd. Het deeg bestaat hoofdzakelijk uit urdi meel, ook wel oerdi meel genoemd, dat is gemaakt van mungbonen. Naast mungbonenmeel wordt er gebruik gemaakt van kruiden zoals komijn, knoflook, kurkuma en chilipeper, of pittige Madame Jeanette pepers. Ook tajerbladeren of verse spinazie worden gebruikt om het deeg extra smaak te geven.
De snack is in Nederland steeds bekender geworden, met name in steden waar een grote Surinaamse gemeenschap is. Hier wordt de snack vaak verkocht bij eethuisjes, rotishops en in sommige gevallen zelfs in supermarkten. Ook wordt het gerecht in Nederland gemaakt in eigen keuken, met recepten die zowel traditioneel als modern zijn.
De populariteit van de bara in Nederland kan ook worden toegeschreven aan de toegankelijkheid van de ingrediënten. De meeste benodigdheden zijn te vinden in Aziatische winkels of bij sommige supermarkten. Daarnaast zijn er ook gereed te maken deegmixes beschikbaar, waardoor het maken van bara’s voor beginnende koks makkelijker is gemaakt.
Ingrediënten voor het Surinaams Bara Recept
Het maken van een Surinaams Bara vereist een aantal specifieke ingrediënten. De basis van het deeg is gemaakt van mungbonenmeel en tajerbladeren of verse spinazie. De smaak van de snack wordt verder verrijkt door kruiden zoals komijn, knoflook, kurkuma en chilipeper. Ook is het gebruik van gist een belangrijk element in het deeg om het luchtig en los te maken.
Hieronder staan de ingrediënten die nodig zijn om een Surinaams Bara te maken:
- 3 tenen knoflook, gehakt
- 1 theelepel kruiden masala
- 2 theelepels gist
- 100 gram gemalen oerdie (urdi meel), verkrijgbaar bij Aziatische winkels
- 1/2 madame Jeannette, fijngehakt
- 300 gram zelfrijzend bakmeel
- 1 theelepel komijnzaad, gebrand en fijngemalen
- 30 gram tayerblad, fijngesneden (verkrijgbaar bij Aziatische winkels)
- Snuf zout
- Olie, voor het frituren
Het gebruik van deze ingrediënten is essentieel om het karakteristieke smaakprofiel van de bara te behouden. Het deeg is zacht en luchtig, waardoor de snack tijdens het frituren luchtig en knapperig wordt. Het geheel is gemaakt met een combinatie van plantaardige ingrediënten, wat een typisch Hindoestaanse smaak creëert.
Bereidingswijze van het Surinaams Bara Recept
De bereiding van de Surinaams Bara is een proces dat zowel geduld als precisie vereist. Het deeg moet eerst worden gemaakt, gelaagd en nadien gevormd tot de klassieke donutvorm. Hieronder volgt een stapsgewijze uitleg van het bereidingsproces:
Het maken van het deeg:
Alle ingrediënten, behalve de olie, worden gemengd met 260 milliliter water. Het deeg wordt daarna gekneed tot een zacht en luchtig geheel. Het is belangrijk dat het deeg niet te plakkerig wordt. Als het te plakkerig is, kan het moeilijk worden om te werken.Laten rijzen:
Nadat het deeg is gekneed, wordt het 2 uur onder een vochtige theedoek gelaten om te rijzen. Tijdens deze periode ontwikkelt het deeg een luchtige structuur en smaak.Vormen van de bara’s:
Wanneer het deeg goed is gegerijpt, worden er met vochtige handen ronde balletjes van gemaakt. Deze balletjes worden vervolgens platgedrukt, en in het midden wordt een gat gemaakt. Dit gat zorgt voor de karakteristieke donutvorm.Frituren:
In een diepe pan wordt een laag olie verwarmd. De bara’s worden in de heet geworden olie geroosterd aan beide zijden tot ze goudbruin zijn. Het is belangrijk dat de olie niet te heet is, zodat de buitenkant niet verbrand raakt voordat de binnenkant goed gegaar is.Uitlekken en serveren:
Nadat de bara’s zijn gebakken, worden ze op keukenpapier uitgelaten om het overtollige vet te verliezen. De snack kan direct worden geserveerd met een chutney naar keuze of in combinatie met een chutney van Madame Jeanette pepers.
De bereiding van de bara’s is relatief eenvoudig, maar vereist wel aandacht voor de details. Het deeg moet goed worden geraadpleegd, en het frituren moet zorgvuldig worden uitgevoerd om de perfecte textuur en smaak te verkrijgen.
Tips voor het Maken van Bara's
Het maken van Surinaams Bara vereist niet alleen de juiste ingrediënten, maar ook enkele technische tips om het gerecht op de juiste manier te maken. Hieronder volgt een overzicht van enkele handige tips die kunnen helpen bij het bereiden van deze snack.
Het deeg niet te plakkerig maken:
Het deeg moet zacht zijn, maar niet te plakkerig. Als het te plakkerig is, wordt het moeilijk om te werken. In dat geval kan het deeg niet goed worden gevormd tot de klassieke donutvorm. Het is belangrijk om het juiste hoeveelheid water te gebruiken en het deeg zorgvuldig te kneden.Vochtige handen gebruiken bij het vormen:
Tijdens het vormen van de bara’s is het handig om vochtige handen te gebruiken. Dit zorgt ervoor dat het deeg niet aan de handen blijft kleven en makkelijk te werken is. Het vormen van het gat in het midden is essentieel voor de klassieke vorm van de snack.De olie niet te heet maken:
Tijdens het frituren is het belangrijk dat de olie niet te heet wordt. Als de olie te heet is, kan de buitenkant van de bara's verbranden voordat de binnenkant goed gegaar is. Het is aan te raden om de olie op een matig heet vuur te houden om een evenmatige goudbruine kleur te verkrijgen.Het gebruik van een tweede persoon:
Het maken van bara’s is handiger als er twee personen zijn betrokken. De ene persoon kan de bara’s maken en in de pan stoppen, terwijl de andere persoon de bara’s omdraait en uit de pan haalt. Dit zorgt voor een efficiëntere werkwijze en voorkomt het verbranden van de snack.Geen frituurvet gebruiken:
Het gebruik van frituurvet wordt niet aanbevolen bij het maken van bara’s. Frituurvet geeft een andere smaak en kan een vreemde witte laag op het deeg veroorzaken. Het is beter om gebruikelijke olie te gebruiken voor het frituren.De juiste soort urdi gebruiken:
Het is belangrijk om de juiste soort urdi te gebruiken. De zwarte urdi is beter geschikt voor het maken van bara’s dan de groene urdi. De groene urdi is te zacht en heeft een andere smaak. Het gebruik van gespleten urdi, die niet volledig gemalen is, is aan te raden voor de beste resultaten.Alternatieve ingrediënten:
Als tajerbladeren niet beschikbaar zijn, kan normale verse spinazie gebruikt worden als alternatief. Ook kan gele erwtenmeel gebruikt worden in plaats van urdi meel, wat een vergelijkbare smaak geeft.
Opwarmen en Bewaren van Bara's
Bara’s zijn het lekkerst wanneer ze versgebakken worden geserveerd. Echter, is het ook mogelijk om de snack een dag of langer te bewaren. Hieronder worden enkele tips gegeven over het bewaren en opwarmen van Surinaamse Bara’s.
Bewaren buiten de koeling:
Surinaamse Bara’s kunnen een dag zonder koeling bewaard worden. Gedurende deze periode is de smaak en textuur vrijwel hetzelfde als bij aankoop of direct na het bakken.Koelkast bewaring:
Als de snack langer dan een dag bewaard moet worden, is het aan te raden om de bara’s in de koelkast te zetten. In de koelkast zijn de snack tot een paar dagen houdbaar. Het is belangrijk om de snack goed verpakt te bewaren om het vocht te behouden en de textuur niet te verliezen.Vriesbewaren:
Voor langdurige bewaring is het aan te raden om de bara’s te bevriezen. In de vriezer kunnen de snack tot enkele weken bewaard worden. Het is belangrijk om de snack goed te verpakken en eventueel in een opslagcontainer te bewaren om te voorkomen dat ze verbranden.Opwarmen in de oven:
Bij opwarmen van de bara’s is het aan te raden om de oven te gebruiken in plaats van de magnetron. De oven zorgt ervoor dat de smaak en textuur beter worden behouden. De oven moet voorverwarmen op een matig heet vuur. De bevroren bara’s worden in een schaal geplaatst en opgewarmd voor ongeveer 5 tot 7 minuten. Het is handig om de bara’s even in te drukken om te controleren of ze goed warm zijn geworden.Serveren met chutney:
Bara’s worden meestal geserveerd met een chutney naar keuze. Populaire opties zijn mango-chutney, aardappelchutney of tomatenchutney. Voor degenen die het pittig houden, is een chutney gemaakt van Madame Jeanette pepers een goede keuze. Ook kan een zoete chilisaus gebruikt worden om extra smaak toe te voegen.Vullen van de bara’s:
Hoewel een bara meestal zo gegeten wordt, wordt de snack tegenwoordig ook wel opengesneden en gevuld met andere ingrediënten. Populaire opties zijn kip, kousenband of bakkeljauw. Deze variant geeft de snack een extra dimensie en maakt het geschikt voor maaltijden in plaats van een snelle snack.Nutriënten:
Het is handig om te weten dat in 100 gram bara ongeveer 230 kilocalorieën zitten. Daarnaast bevat de snack 8,7 gram vet, waarvan 0,87 gram verzadigd vet. Hoewel het dus geen heel gezonde snack is, is het wel erg lekker en kan het gemaakt worden in combinatie met gezondere ingrediënten.
Conclusie
Het Surinaams Bara recept is een klassieke snack die inmiddels ook in Nederland steeds populairder wordt. Het gerecht, dat gemaakt wordt van mungbonenmeel, kruiden en tajerbladeren, heeft een unieke smaak en textuur. Het deeg is zacht en luchtig, waardoor de snack tijdens het frituren knapperig wordt. Het gerecht is eenvoudig te maken, maar vereist wel wat aandacht voor de details, zoals het vormen van de donutvorm en het frituren in de juiste olie.
De snack kan vers of opnieuw opgewarmd worden geserveerd, en wordt meestal vergezeld door een chutney naar keuze. Het is ook mogelijk om de snack te vullen met andere ingrediënten, wat het geschikt maakt voor maaltijden in plaats van een snelle snack. Het gebruik van de juiste ingrediënten en technieken is essentieel om de beste resultaten te verkrijgen.
Met de juiste kennis en een beetje oefening is het mogelijk om een heerlijke Surinaams Bara te maken in de eigen keuken. Het gerecht is niet alleen smaakvol, maar ook een levendige weerspiegeling van de Hindoestaanse keuken die in Suriname is ontstaan en in Nederland is geïntegreerd. Door het gerecht te maken, kan men niet alleen genieten van een lekkere snack, maar ook meer leren over de culturele achtergrond van het gerecht.